In februari was het dan eindelijk weer zover. In het Zuid-Koreaanse Pyeongchang stonden de Olympische Winterspelen op het programma. Het was de 23ste keer dat de winterse variant van de Olympische spelen op het programma stond. Deze editie was voor Zuid-Korea extra bijzonder omdat het de allereerste keer was dat het land de winterspelen mocht organiseren. Het was wel al eens eerder gastheer van de zomerspelen. Deze eer behoorde toe aan de hoofdstad Seoul in het jaar 1988.

Ook voor de Nederlandse ploeg waren deze spelen zeer geslaagd te noemen. In totaal werden er twintig medailles behaald en dit waren er meer dan tijdens de vorige editie in het Russische Sotsji. Zoals vrijwel altijd blonk ons land vooral uit bij het langebaanschaatsen. Hierbij werden dan ook veruit de meeste medailles behaald. Dit is altijd wel het geval tijdens de winterspelen. Bijzonder was dit keer echter dat er ook meerdere medailles bij het shorttrack werden veroverd. Hieronder zelfs een gouden medaille op de 1000 meter bij de vrouwen. In het totale medailleklassement eindigde Nederland als vijfde. Dit is natuurlijk razend knap gezien het realtief kleine aantal inwoners dat Nederland heeft.